Ganzenmarkt Herbestemming Van Fabriek Tot Supermarkt

Een oude fabriek van instrumenten

Hoe verrassend is de vestiging van een grote supermarkt in het hartje van de stad: pal naast het stadhuis en de Winkel van Sinkel op de Ganzenmarkt. Nooit geweten dat in de voormalige lampenwinkel zo’n grote ruimte zat. Hoe kan dat?

Elke locatie in het hart van onze stad heeft al diverse bestemmingen gehad, daarvoor zijn veel panden ook oud genoeg. Alleen zit deze supermarkt in een in 1908 nieuw gebouwde fabriek. Een fabriek in het centrum van de stad? In dat jaar opende op dit adres de N.V. Fabriek en Magazijn van Wetenschappelijke Instrumenten vh J.C.Th. Marius hier haar glasblazerij, slijperij en mechanische werkplaats, toonzaal en kantoor.

Marius startte zijn bedrijf in Arnhem in 1866 en verhuisde de activiteiten in 1881 naar het Oudkerkhof en in 1908 naar de Ganzenmarkt. In Utrecht zat ze dicht bij de wetenschappers van de Universiteit, zoals het Academisch Ziekenhuis en Diergeneeskunde. Marius verkocht voornamelijk instrumenten voor de toonzalen en laboratoria. De periode van de Eerste Wereldoorlog maakte de import van diverse artikelen moeilijk en gaf daarmee een impuls aan de eigen fabricage. In de volgende jaren konden op de Ganzenmarkt de twee buurpanden gekocht worden voor de uitbreiding van het bedrijf. Ook het terrein achter het pand werd successievelijk bebouwd met nieuwe werkruimten.

Het bedrijf is in 1982 verhuisd naar elders en de panden op de Ganzenmarkt kregen een nieuwe eigenaar. De buurman kon uitbreiden, bank Vlaer & Kol was inmiddels in de AMRO bank opgegaan. Al na enkele jaren was door de fusie van AMRO tot ABN-AMRO de uitbreiding niet meer nodig.

In 1985 werden de bovenverdiepingen verhuurd aan het Landelijk Ondersteuningsinstituut voor Kunstzinnige Vorming (LOKV). Zij kregen een eigen opgang met een door architect Mart van Schijndel vorm gegeven entree. Op straatniveau werd het pand als winkel verhuurd. Velen kennen het als de lampen- en designwinkel Kwartier. Het is in april 2015 als supermarkt Boon geopend.

Dit stuk is van Bert Poortman en eerder gepubliceerd in het Stadsblad.